De Zusters van O.L.V.-ten-Bunderen (vanaf omstreeks het jaar 1269)
Moorslede 1269-1578
Frankrijk 1578-1587
Ieper 1587-1785
Moorslede 1785-2004
Zonnebeke 2004 -
varia

 

   Zoek op deze site met FreeFind

 

beluister ClassicNL tijdens het surfen, 128 K stereo

De Ten Bunderen wandelroute - 4


Het imposante gebouwencomplex van het verdwenen 19de eeuws hoofdklooster (ansichtkaart, 1915)

6. HET VERDWENEN 19DE-EEUWS MOEDERKLOOSTER

Komend van de Breulstraat, slaan we links af, vlak voor de Moorsleedse Marktplaats, en komen zo terecht in de 6de Jagersstraat, de 3de halte van de Ten Bunderen route. We wandelen tot voorbij de Kerkstraat (aan de rechterkant). Vanaf die smalle Kerkstraat tot helemaal aan het einde van de 6de Jagersstraat straat stond daar, vanaf 1782 tot de totale verwoesting ervan tijdens Wereldoorlog I (1914-1918), het imposante hoofdklooster van de Zusters van O.-L.-Vrouw-ten-Bunderen. De gebouwen van het klooster, de kapel, de lagere school, het meisjespensionaat, het weeshuis, de directeurswoning en de tuinen zaten geprangd tussen het Kerkstraatje, de (verdwenen) Pastorijstraat, de Dadizeelstestraat (toen Dadizelestraat), de 6de Jagersstraat (toen Yperstraat) en het kerkplein.

Het grondplan in 1785, met de armenschool
Het grondplan in 1785, met de Armenschool van pastoor Maddens.

Het begon allemaal heel bescheiden, op het einde van de 18de eeuw. In 1782 stichtte de toenmalige pastoor Carolus Maddens vlakbij de kerk een armenschool, op een cijnsgrond van graaf de Croix, heer van Dadizele en Moorslede. Het kleine gebouw bestond uit 2 klaslokalen, een keuken en een eetkamer. Aanvankelijk gaven 4 godvruchtige juffrouwen van de bestaande zondagsschool er les. In 1783 werd de communauteit van "Ten Bunderen", die verbleef in de Rijselstraat in Ieper, afgeschaft door de Oostenrijkse keizer Jozef II. In 1785 vroeg pastoor Maddens aan Zr. Carolina Verhelst, een van de verdreven zusters en evenals hij afkomstig van Dadizele, om de leiding te nemen van de parochiale armenschool en de 4 onderwijzeressen. In 1793 legde de pastoor de prille religieuze gemeenschap van 5 vrouwen een levensregel op. Het waren voortaan parochiale zusters, die echter voorlopig burgerkledij droegen om te ontsnappen aan de vervolging van de Franse bezetters.

oudste voorstelling van het klooster en de scholen in Moorslede (1840)
Oudste voorstelling van het pensionaat van het klooster in Moorslede (1840)

In 1815 volgde de oprichting van een betalend meisjespensionaat, op vraag van de begoede Moorsledenaren. Het was voor de zusters een welkome bron van inkomsten. De kostschool was Franstalig (het Frans was toen de cultuurtaal) en was erg geliefd bij de rijke burgerij en intelligentia.

het hospitaal in Dadizele
het hospitaal in Dadizele, helemaal rechts vooraan. (Postkaart van vóór
WO I, uit het archief van de Heemkundige Kring "Dadingisila")

Om financiëel het hoofd boven water te houden startten de zusters hier en daar onafhankelijke stichtingen: een spinschool in Gijzegem (1818), een hospitaal in Dadizele (1823) en in Moorslede (1825), een bejaardentehuis in Zevekote (1827) en een weeshuis in Klerken (1829).

Vermeldenswaard was de oprichting van een doven- en blindenschool (de éérste in West-Vlaanderen!) in 1834, op initiatief van pastoor Karel Verhelst, geïnspireerd door de blinde Rumbeekse burgemeester en parlementslid Alexander Rodenbach. In 1837 verhuisde de school naar Ieper en ging al het jaar daarna dicht, na het overlijden van de directrice Zr. Constantia Doorme.

Meisjes in de tuin van het pensionaat
Meisjes in de tuin van het pensionaat.

Pastoor Billiau kreeg van het bisdom Brugge toestemming om een kloosterkapel te bouwen, die in 1845 door bisschop Boussen werd ingewijd. In 1846 volgde de inkleding en de plechtige geloften van de 18 zusters, aan wie bisschop Malou in 1851 een diocesane regel oplegde. De parochiale zustergemeenschap werd zo een diocesane Congregatie van "Zusters van St.-Vincentius a Paulo", ook "Zusters van Liefde van Moorslede" genoemd.

Vanaf de 2de helft van de 19de eeuw nam het klooster, in menig opzicht, een snelle uitbreiding:


    Kaart met de bijhuizen (met blauwe stip) in West-Vlaanderen.

  • door de oprichting én de leiding van een heel netwerk van bijhuizen (met een basisschool eraan verbonden), vooral na de periode van de Schoolstrijd (1878-1884). De zusters hadden namelijk een stevige reputatie in de streek op het gebied van (lager en secundair) onderwijs, en tal van dorpspastoors deden een beroep op hun goede diensten. Dat was het geval in Slyps (1856-1975), Zonnebeke (1883-2004), Pollinkhove (1884-1951), Westouter (1884-1936), Waardamme (1889-1993), Middelkerke (1890-1992), Proven (1891-1938), Wulpen (1891-1945), Knokke-Heist (1892-2017), Krombeke (1893-1945), Mariakerke-Oostende (1895-2015), Raversijde (1905-1971), Oedelem (1911-2002) en Oostveld (1911-1990). Na WO I kwamen daar nog bij: Geluwe (1927-2008), Poperinge (1928-1961), Watou (1937-1961), Brugge (1989-2003) en Moorslede (2004-2013).


    De voormalige H. Familie wijkschool "'t Kruiske-Vierkaven"(1900 - 2001)

  • door het openen van 4 gemengde wijkscholen elders in Moorslede zélf: in Slyps (1856-1975), op de Koekuithoek" (1875-2009), op de Drogenbroodhoek (1897-1914), in de wijk "'t Kruiske"-Vierkaven" (1900-2001) en in het gehucht "Waterdam" (1906-1914). Jammer genoeg kunnen we de nog overgebleven wijkscholen van de wijken 't Kruiske en de Koekuit niet inlassen in de wandelroute, om 2 redenen: 1) dat zou de tocht (te voet althans) véél te lang maken en 2) omdat beide schoolgebouwen in privé-handen kwamen nadat ze de deuren sloten.

  • door de opvang van weeskinderen vanaf 1861 in "'t Hospitaal", vanaf 1900 tot 1914 in een gebouw naast het moederklooster van Moorslede.

    het kloostercomplex in Moorslede aan het einde van de 19de eeuw
    Het klooster- en scholencomplex in Moorslede (einde van de 19de eeuw)

  • door de sterke aangroei van het aantal religieuzen en kostschoolmeisjes breidde het moederklooster steeds meer uit, o.m. in 1868-69 met bijkomende gebouwen voor het florerende pensionaat.

    grondplan van het kloostecomplex in 1914.
    Het grondplan van het kloostercomplex aan de vooravond WO I.

  • Na de aankoop van het aanpalende pastorie-domein werd vanaf 1894 een compleet nieuw klooster opgetrokken, evenals een internaat, een kapel (toegewijd aan O.L.V.-van Altijddurende Bijstand), een directeurswoning en een weeshuis. Bij de plechtige inwijding van het nieuwe gebouwen-complex in 1895 telde de Congregatie precies 100 leden.


Luchtfoto van het klooster, in 1914 genomen door een Duitse verkenningspiloot.

Het gebouw deed tijdens de oorlog (net zoals de rest van het hoofdklooster, de St.-Martinuskerk en het St.-Elisabeth-hospitaal) dienst als lazaret voor de Duitse frontsoldaten. Op 17 november 1914 kregen alle zusters van de Duitsers het bevel om te verhuizen van het klooster naar het hospitaal. 3 dagen later werden ze overgebracht naar klooster van de Arme Klaren in Roeselare. Twee zusters mochten achterblijven om zieken, gekwetsten en bejaarden te verplegen in het hospitaal. Later mocht een groep zusters terugkeren om in het hospitaal en in 2 wijkscholen te werken, maar niet meer in het klooster.

Panorama van het klooster in 1914 (tekening van Ludo Hameeuw)
Panorama van het klooster en de scholen in 1914
(ingekleurde pentekening van Ludo Hameeuw)

Vanaf halfweg 1917 (de Slag van Passendale) schoof de frontlijn tussen de Duitsers en de Gealliëerden steeds meer op, richting Moorslede. Alle gebouwen van het klooster lagen door het zwaar artillerievuur van de Britse troepen nagenoeg helemaal in puin. Op zondag 29 september 1918 werd Moorslede veroverd op de Duitsers door het 3de bataljon van het 16de Linieregiment, met ruggesteun van onderdelen van andere regimenten. Moorslede werd dus NIET bevrijd door het Belgische 6de regiment Jagers te voet! Toch werd deze Yperstraat, waaraan het vooroorlogs kloostergebouw paalde, omgedoopt tot 6de Jagersstraat.

het klooster in puin (1918)
Het klooster bij de kerk in puin, na 4 jaren oorlog.

De toenmalige overste van de Zusters van Ten Bunderen wilde na "den Grooten Oorlog" niet terugkeren naar hier. In 1922 bereikte ze een overeenkomst met graaf d'Hunolstein (Heer van Dadizele en Moorslede) voor het ruilen van het perceel van het vooroorlogs klooster hier, in het centrum, voor een een groot stuk grond (4,5 ha.) in de Stationsstraat. Reeds 2 jaar later was het nieuwe kloosterdomein klaar, waar we later tijdens onze wandeltocht zullen halthouden.

De parochiezaal in de 6de Jagerstraat
De parochiezaal in de 6de Jagersstraat (Google Street View)

Na W.O. I, vanaf 1922 tot 1924, werd op de grond van het platgesmeten klooster - aan de hoek van de Kerkstraat en de Brevierweg - een nieuwe pastorij opgetrokken. Tevens werd aan de hoek van de 6de Jagersstraat en de Kerkstraat - een huis en patronaatszaal gebouwd, een "patronage" voor jongeren van de "Sint-Jan Berchmanskring". In een nis boven de ingangsdeur stond een beeld van Jan Berchmans s.j., patroonheilige van de jeugd. Vanaf 1925 was er ook een vakschool, bestuurd door een onderpastoor.

De ingang van de Patria aan de 6de Jagersstraat
De ingang van de "Patria" aan de 6de Jagersstraat, nr 4.

Later werd de patronaatszaal gebruikt als parochiale feestzaal, "Patria" geheten. De Patria fungeerde tientallen jaren als een bedrijvig cultuur- en dienstencentrum in het oude hart van Moorslede. Alllerlei katholieke verenigingen voor jeugd en volwassenen organiseerden hier voordrachten, studiedagen, lessenreeksen, voorstellingen, enz.


Het ommuurde perceel grond, achter de "Patria", gezien vanuit de Kerkstraat. Links
het toegangspoortje, naast de pastorij (Google Street View).

De rest van het perceel van het verwoeste klooster erachter lag al die tijd braak, helemaal ommuurd, met een toegangspoort naast de pastorij.


Blootgelegde fundamenten van de noordelijke vleugel van het verdwenen klooster. (Foto: Zr. Rolande Dhondt)

In 2011 raakte bekend dat het Moorsleedse Woon- en Zorgcentrum Maria-Middelares van plan was om het hele domein van de "Patria" over te nemen met het oog op een nieuwbouwuitbreiding. In augustus van datzelfde jaar nog werden, onder impuls van IOED-TERF, op het achterliggend terrein archeologische opgravingen verricht. Er werden geen spectaculaire vondsten gedaan. Toch legden de archeologen een behoorlijk aantal materialen en voorwerpen bloot, o.m. fundamenten van het klooster en van de voormalige pastorij (afgebroken in 1894).


Even vergelijken: zo zag de voorkant van het kloostercomplex eruit aan het eind van de 19de eeuw...


... en zo ziet diezelfde kant van de 6de Jagersstraat er nu uit!!

In het voorjaar van 2014 was het dan zover. De oude vertrouwde "Patria" werd afgebroken om plaats te maken voor 26 assistentieflats en een gloednieuw "Dienstencentrum Patria", een forse uitbreiding van het aanbod van het WZC Moorslede (Pater Lievenstraat, 20)

© Willem Wylin - Copyright 2007- . Alle rechten voorbehouden. Contact: E-mail